Ten eerste is er het RIZIV of de verplichte verzekering (VP). Dat is in feite de socialezekerheidskas. Dat is de eerste instelling die in je medische kosten tegemoetkomt. Sommige van deze terugbetalingen gebeuren op basis van de goedkeuring van een adviserend geneesheer. Alles wat onder de VP valt, is identiek bij alle mutualiteiten.
Daarnaast is er de aanvullende ziekenfondsverzekering (AV). Dat is een verzekering aangeboden door je mutualiteit dat de terugbetaling van het RIZIV soms aanvult wanneer deze geen 100 % bedraagt.
Tot slot is er het domein van de privéverzekeringen (PV). Het aanbod in dit domein is ontzettend groot en divers en het is helemaal niet mogelijk om te veralgemenen. In tegenstelling tot de twee eerste niveaus is deze verzekering facultatief en moet je hiervoor een contract afsluiten.
We kunnen stellen dat er twee soorten zijn : de hospitalisatieverzekeringen en de verzekeringen voor ambulante kosten. De eerste soort verzekert je voor de kosten tijdens een verblijf in het ziekenhuis, de tweede verzekert je voor de kosten buiten de ziekenhuisopname (geneesmiddelen, raadplegingen enz.). Dat laatste verzekeringsniveau komt pas tussen na het RIZIV en de aanvullende ziekenfondsverzekering voor het resterende bedrag.
In alle gevallen moet je de kosten eerst voorleggen aan je mutualiteit. Die staat in voor de twee eerste verzekeringsniveaus en zal je, indien er geen tegemoetkoming is, een attest afleveren waarmee je een terugbetaling kan aanvragen bij je privéverzekering als je er een hebt.
Voorbeeld : ik ga naar de dokter en betaal 25,00 € voor de consultatie. Het RIZIV betaalt me 18,00 € terug. De aanvullende ziekenfondsverzekering betaalt me niets terug. Ik heb een privéverzekering voor ambulante kosten afgesloten. Ik leg de maatschappij het terugbetalingsbewijs voor en de maatschappij betaalt mij de resterende 7,00 € terug.